Warmtemakelaar
De warmtemakelaar begeleidt 24 Kempense gemeenten bij de overstap van fossiele naar hernieuwbare gebouwenverwarming. Dat gebeurt door de opmaak van een warmteplan en het realiseren van warmteclusters op het terrein.
Een warmteplan deelt de gemeente op in zones en bekijkt voor elke zone hoe de overstap naar hernieuwbare gebouwenverwarming zo efficiënt mogelijk kan gebeuren. Vaak is collectief verwarmen de beste oplossing. Dan worden verschillende gebouwen met elkaar verbonden via een warmtenet, een ondergronds netwerk van buizen om warmte vanuit een centrale bron te verdelen tussen verschillende gebouwen. In andere gevallen blijkt het toch efficiënter om een gebouw te verwarmen met een individuele verwarmingsinstallatie.
Voor kleinere en landelijke gemeenten wordt er gezocht naar concrete en haalbare warmteclusters op terrein. Een warmtecluster bestaat uit gebouwen met een hoge warmtevraag die dichtbij elkaar in de buurt liggen. Denk bijvoorbeeld aan een school, een woonzorgcentrum of een zwembad. Deze clusters kunnen op termijn met elkaar verbonden worden.
Als laatste stap wordt er gezocht naar de geschikte hernieuwbare warmtebron. In de Kempen is (on)diepe geothermie een belangrijke troef.
Waarom is dit project belangrijk?Gebouwenverwarming is verantwoordelijk voor een groot deel van de CO2-uitstoot in onze regio. Om onze klimaatdoelstellingen te halen, is het belangrijk om zo snel mogelijk de overstap te maken naar hernieuwbare gebouwenverwarming.
Bovendien kunnen we door een collectieve aanpak in veel gevallen onze gebouwen efficiënter en tegen een lagere maatschappelijke kost verwarmen.
Gebouwen met een hoge warmtevraag die dichtbij elkaar in de buurt liggen, zijn een goed vertrekpunt om een warmtecluster uit te bouwen. Denk bijvoorbeeld aan een school, een woonzorgcentrum of zwembad. Woningen of andere gebouwen die in de buurt liggen van zo'n warmtecluster, kunnen eventueel op termijn aansluiten op zo'n warmtenet.